Dag 6: Victoria
In vergelijking met Vancouver is Victoria een vrij kleine stad, waardoor afstanden reuze goed meevallen en je niet meer dan 1,5 dag nodig hebt (tenzij je alles wil doen).
De eerste activiteit was een bezoek aan het miniatuur museum in het Empress hotel. Volgens reisgidsen amper een bezoek waard, maar de details van de taferelen zijn ongezien. Van de wereldoorlog, tot oud Londen en klassieke poppenhuizen. Met een kleine 80 scenes loop je er al snel een uur rond.
Na de miniaturen ging het via de supermark naar Beacon Hill park. Het park heeft een open podium waar artiesten optreden en diverse vijvers waar je rond kan zitten. Er zijn ook groene vlaktes en wat wildernis achtige heide, waarachter vergezichten schuil gaan op de Amerikaanse kust.
Na het park ging het naar het Royal BC museum, dat volgens reisgidsen 3 sterren heeft. Mocht niet meer dan de helft gesloten zijn, dan zou ik dit kunnen nagaan, maar nu moesten we het doen met de natuursectie, dewelke niettegenstaande geweldig was. De opgezette dieren lijken net echt en als je een foto ziet zou je zo geloven dat het echt op het strand genomen is. Een bezoek duurt zeker geen 3 uur of meer, met een uur heb je zolang enkel dit gedeelte open is genoeg. De ticketprijs was ook aangepast naar $5, meer dan de helft korting.
Na het museum, ging het via het hotel naar Fishermans Wharf (Park), dat wat weg heeft van Pier 39 in San Fransisco, maar dan veel kleiner en enkel met viskraampjes. De weg terug was even adembenemend als de weg ernaartoe, met een stralende zon en temperaturen die ver boven de 25 zaten.
De avond brachten we door in het oude stadscentrum, of gewoon downtown, waar we plots op Market Square liepen. Het lijkt ergens alsof er overal in Victoria mini-festivals zijn, want ook hier stond een meute op het binnenplein rond drankstandjes te verzamelen.
In de avond is Victoria misschien wel op zijn mooist, met de lichtjes op het Legislative Assembly gebouw.