Dag 10: Southern Scenic Route
Mocht je nog niet geloven dat Nieuw-Zeeland de moeite waard is om naartoe te vliegen, dan moet daar vandaag wel verandering ik komen. Geen druk, geen strakke planning, enkel cruisen van Te Anau naar Queenstown.
Bij het verlaten van Te Anau passeer je talrijke heuvels. Ze kleuren bruin, groen, oranje, zwart, oker, brons … welke kleuren je ook maar wil. Daarna gaat het landschap over in uitgestrekte velden zoals je ze ook in Nederland kan vinden, weliswaar iets heuvelachtiger.
We stoppen in Mossburn voor een tankbeurt, want de benzine (91) staat er maar liefst 20 cent goedkoper dan ik Queenstown, en tanken moest toch gebeuren. Geen voucher van 10 of 6 cent, maar 20 cent is beter. De vouchers krijg je in Pak’nSave en New World winkels, je kan ze gebruiken bij de Z tankstations. De moeite waard, buiten nu.
Lunchen doen we puur toevallig in Fairlight, een oud treinstation dat niet langer in gebruik is, al laat het bord uitschijnen dat je wel een stoomtrein kan boeken die er vertrekt. Naar de sporen kijkend, het moet een uitdaging zijn om daar nog over te rijden.
We moeten Garston gepasseerd zijn, maar het is niet opgevallen. Het is nochtans speciaal, want het ligt het verst van de kust van alle Nieuw-Zeelandse dorpen.
We houden wel halt in Kingston, waar we onze eerste blik werpen op Lake Wakatipu. Wat later stoppen we aan de uitzichtpunten Devils Staircase en Halfway Bay. Het zicht blijft hetzelfde, een prachtig meer.
Nu we toch tijd hebben maken we een korte wandeling in Queenstown om daarna in het winkelgebied van Frankton te gaan winkelen. We moeten benzine voor onszelf hebben want het water in Queenstown is tijdelijk niet drinkbaar en zo krijgen we een nieuwe voucher voor drank voor de wagen.
De avond brengen we door in Queenstown, een stad met een levendige kustlijn, vol restaurants. Ook de wandeling in Queenstown Gardens (die langs de kustlijn) is de moeite waard.