Dag 26: Brugdag
De tijd lijkt hier sneller te gaan, waardoor anderhalve dag op Kangaroo Island veel te weinig was. Maar de ferry was geboekt en dus reden we naar Penneshaw om aan boord te gaan. Echter, bij het inchecken zeiden ze ons dat de ferry een half uur vertraging had. Dus konden we nog een welgekomen ommetje maken. Daarna was het aan boord gaan en op quasi dezelfde plaats parkeren als de vorige keer. Geweldige plaats! – Tip: neem vak 3 en zorg dat je ongeveer halverwege de rij staat. Heeft ons twee keer geluk gebracht. – De instructies aan boord waren minder. Kregen we nog op onze vingers getikt omdat we iets te veel naar rechts gingen terwijl haar gebaren dat wel aangaven: “veel naar rechts”. Maak dan kleine gebaren, logisch toch?
Zodra de ferry aanmeerde, was het rijden richting Adelaide. Onderweg stopten we bij Leonards Mill, een restaurant naast de weg. Leek wel een sterrenzaak, inclusief amuse. We weten nog altijd niet precies wat het was, maar denk dat we dat liever niet weten. Het hoofdgerecht straalde ook sterren uit, en er werden zelfs verontschuldigingen uitgedeeld omdat het 5 minuten later op tafel kwam dan gepland. De reden? De chef was niet content en had het vlees opnieuw gebakken. De rekening was in verhouding, tja, dan zullen we het Hof Van Cleve maar moeten afbellen. Oh, Cracklings … die mag gerust laten liggen. Het is een nationale specialiteit, maar niet te eten, steenhard. Bespaar je tanden de marteling.
Onderweg maakten we twee kleine 5 minuten stops, om de rit wat te breken, en gingen we tanken. Daarna was het richting Adelaide. Tot daartoe alles goed. We waren ook op tijd in het centrum, maar toen begon de miserie. Blijkbaar was Europcar verhuisd, het depot dat we na een ommetje gevonden hadden was dan ook verlaten. Even bellen dan maar en instructies gekregen om naar de Wilson parking te gaan. “Je kan er aan beide kanten in.” Dus reden we wat verder een Wilson in. Opluchting. Even bellen vanop het vijfde verdiep en wat bleek, het was de verkeerde Wilson. Omlaag dan maar, om dan terug omhoog te rijden, te voet omlaag te gaan om te betalen, terug omlaag te rijden … heeft wel een kwartiertje gekost om die parking uit te geraken. Daarna was het zoeken. Een straat in rijden, parkings afspeuren, … niks te vinden. De gps’en hielpen ook niet echt. Uiteindelijk dan maar via Google Maps de Wilson parking gezocht (er zijn er tientallen in het centrum) en gevonden. Deze hele grap heeft toch 1,5 uur gekost. En toen we eindelijk op de Europcar parking stonden, was het zoeken naar de bus. Omlaag met de lift, niks te vinden. Terug omhoog en ja hoor, goed verstopt achter een betonnen paal was een zeer klein ijzeren doosje om de sleutels in te deponeren.
Dit soort verhalen, daarvoor lees je natuurlijk deze blog.
‘s Avons de stad in, op aanbevelen van de receptioniste naar de botanische tuin waar de Adelaide Fringe plaatsvindt. Of beter: the garden of unearthly delights. Een openlucht evenement met allerlei eetstandjes en tenten waarin betalende shows worden opgevoerd. Een soort vintage kermis zou je kunnen stellen. Het resultaat van dit alles is wel dat Adelaide een bruisende stad is. Eerder op de avond zagen we nog honderden vleermuizen!
Weer
Voor het vertrek zeiden heel wat mensen: “Je weet toch dat het daar 40 graden is? Dat zelfs de dieren gewoon doodvallen.” Wel, tot gisteren hebben we daar weinig van gemerkt. Maar Adelaide is anders. 41 graden, ja, die hebben we hier vandaag.
Afbeeldingen: 9