Dag 18: Icefields Parkway
De Icefields Parkway bestaat eigenlijk uit twee delen. Het eerste deel behoort tot het Jasper National Park, dat deden we gisteren. Vandaag doen we hoofdzakelijk het gedeelte dat tot het Banff National Park behoort.
In de ochtend reden we eerst tot aan de Toe of the Athabasca Glacier Trailhead. Dit was niet gepland, maar de wolken omhulden de gletsjer zo mooi dat het te aanlokkelijk was. Ook de 1,2 km heen en terug om de gletsjer beter te zien pikten we dan maar ineens mee.
De Parker Ridge Trail was de tweede stop, waar een wandeling van 2,4 km (enkel) op ons te wachten lag. Volgens Guru Maps, die de wandeling via gps vastlegde, was het 6 km heen en terug. Dat valt waarschijnlijk te verklaren doordat we echt tot op het einde zijn gegaan, waar het pad soms amper een A4-blad breed was. Deze wandeling is niet voor mensen zonder conditie of met leuke All Stars aan de voeten; je ploegt je een weg door modder, sneeuw en pittige hellingen. – Op de terugweg, wanneer er nog meer wandelaars gepasseerd zijn, is het enkel erger en begint het smeltwater zelfs te stromen op het pad. – Wanneer je stijgt denk je “het uitzicht is hier al prachtig, het is niet nodig om tot bij die volgende houten balustrade te gaan”, maar wanneer je dat toch doet en de top bereikt, dan merk je dat er aan de andere kant nog heel wat meer schoons ligt. Je had eigenlijk nog maar 40% gezien. Als je dan nog wat verder stapt over het terrein dat bovenaan wat vlakker is, dan zie je plots een meer, een gletsjer, watervallen in de rotsen, wit besneeuwde toppen en scheefgetrokken bergen die doen denken aan films en kathedralen. De tip is hier: gaar door tot boven, maar het A4-padje kan je eventueel laten vallen.
De Weeping Wall kwam erna, zeg maar een wenende rots. Uitzichten op onder meer Mount Wilson volgden. Je kan om de haverklap stoppen en ik kan elke stop beschrijven, maar het viel op dat er aan de overkant van de snelweg net iets meer zijn. Niet dat toeristen zich daar iets van aantrekken. De Saskatchewan River Crossing was de ideale plaats om even een stop in te lassen. De gouden tip: het ideale moment voor een plaspauze, zo kan je de houten hutjes met gaten in de grond vermijden.
De Mistaya Canyon is een topper. Het is geen waterval, hoewel, maar een rivier die zich in een canyon van rotsen een weg baant. Prachtig om te zien hoe het water aan het werk is. Herinner, het stromende water slijt de rotsen. Je kan er ook vrij dichtbij, al moet je het wel veilig houden en niet al te gekke poses aannemen op de kliffen.
De volgende noemenswaardige stops zijn Waterfowl Lakes Viewpoint en Payto Lake. Die laatste is misschien wel het blauwste meer ter wereld. De kleur is fenomenaal en de toeristen staan op een kluitje op het platform om hun nieuwe (zoveelste) familiefoto te nemen. Liever wat rust? Wandel dan ook even door het bos naar het panorama punt of het uitzichtpunt op de rots. Als je geluk hebt ben je er bijna helemaal alleen en het is echt niet ver.
Bow lake en Crowfoot Glacier waren de twee afsluiters van de dag, maar zijn beide niet zo spectaculair. Maar wel een korte stop waardig.
Afbeeldingen: 18